Arbeidsters Haarsnijderijfabriek Enke, ca. 1896

Arbeidsters Haarsnijderijfabriek Enke, ca. 1896

SPM_011

Arbeidsters aan het werk in de blazerij van Haarsnijderij Enke in Eeklo, omstreeks 1896.

De Haarsnijderijnijverheid en Vlaanderen als wereldcentrum: Een korte geschiedenis:

Tot en met de jaren 1950 was het dragen van een vilthoed in de mode, zowel bij mannen als vrouwen. Vilt is onder invloed van warmte en vocht samengeklit dierlijk haar, met name haar van konijnen en hazen. Tot het begin van de 19de-eeuw was de hoedenmakerij een ambachtelijk beroep, maar rond de jaren 1840 kwam daarin verandering als gevolg van de industrialisatie.

Dankzij het gebruik van stoomkracht was voortaan massaproductie mogelijk en de ambachtelijke hoedenmakers moesten al snel plaats ruimen voor grootschalige hoedenfabrieken. Engeland (de streek rond Manchester) en de Verenigde Staten domineerden de 19de-eeuwse geïndustrialiseerde hoedennijverheid. Het resultaat was een enorme vraag naar grondstoffen, in het bijzonder naar konijnenhaar. Vlaanderen, met name de streek rond Lokeren, Brussel en Eeklo, zou uitgroeien tot de belangrijkste producent van vilt ter wereld.
foto
Eeklo > Eeklo > Zuidmoerstraat
1896
Familie Bowles-Armstrong, bruikleen
Stadsarchief Eeklo, bruikleen